Nymphon rubrum Hodge, 1865
Nederlandse naam:
Rode zeespin
Beschrijving:
Dit zeer teer ogende diertje heeft een lijf van ca. 0,5 cm lengte en vier paar super dunne looppoten van ca. 2 cm lang. Er is een smal kopborststuk, waaraan twee schaarpoten zitten - met overigens wel hele kleine schaartjes. Ook is er nog een extra paar gelede aanhangsels direct achter de schaarpoten. Ten slotte hebben deze dieren nog een paar poten om de eieren aan mee te dragen. Die zijn gewoonlijk onder het lichaam gevouwen. Het middengedeelte van het lichaam draagt de vier paar looppoten, en dan is er nog een miniem achterlijf.
De kleur is, zoals de naam al zegt, rood. Maar omdat alles zo klein en dun is, kun je meestal ook het inwendige van dit diertje zien, en maakt het geheel een lichtrode tot lichtbruine indruk.
Voedsel:
Mogelijk de hydroïdpoliepen en sponzen waarop het diertje regelmatig wordt aangetroffen; maar zeker weten we het niet.
Voortplanting:
Wanneer het vrouwtje de eieren legt, worden die op de eierdraagpoten van het mannetje gedeponeerd. Die zorgt ervoor tot ze uitkomen (bescherming, zuurstofvoorziening).
Leefgebied:
Intergetijdengebied en dieper, tot 60 meter. Vaak op hydroïdpoliepen en broodspons. Maar ook wel in bosjes roodwier.
Verspreiding:
Van de Russische poolzee en Noord-Noorwegen tot Noordwest-Afrika en de Middellandse Zee.
Opmerking:
Er zijn nog enkele verwante soorten in ons gebied, maar het heeft geen zin die hier te bespreken, omdat ze minder vaak voorkomen, en lastig te determineren zijn - zeker onder water.