Mycale micracanthoxea (Buizer & Van Soest, 1977)
Beschrijving:
Dit is een typisch korstvormende spons. Hij vormt een dun laagje over een harde ondergrond. Hij zit vol met hele kleine gaatjes (instroomopeningen), die hem van dichtbij gezien een typisch sponzenuiterlijk geven (m_micrac.tif). Bovendien is het oppervlak ruw, doordat skeletnaalden in groepjes naar buiten steken. Er lopen - soms behoorlijk vage - aderen over het oppervlak in grove sterpatronen. Waar die bij elkaar komen zit over het algemeen een uitstroomopening, maar die zijn bij deze soort heel slecht zichtbaar. Als je oppervlakkig kijkt, kun je hem verwarren met een vorm van de broodspons. Meestal zal deze spons niet meer dan enkele vierkante decimeters aansluitend bedekken.
Deze soort werd in 1953 voor het eerst aangetroffen in Nederland - bij Vlissingen. Hij is waarschijnlijk per ongeluk aangevoerd met oesters uit zuidelijker streken. Hij voelde zich kennelijk wel lekker hier, want sindsdien heeft hij zich aardig kunnen uitbreiden en komt nu in grote delen van de Oosterschelde en de Grevelingen voor.
Leefgebied:
Beneden de laagwaterlijn, op stenen en andere harde ondergrond. Hij groeit ook over en om andere soorten heen, zoals zeeanemonen, kokerwormen, zakpijpen, zeepokken en schelpdieren.
Verspreiding:
Vanaf de Oosterschelde en de Grevelingen zuidwaarts langs de Europese kusten.