Gasterosteus aculeatus

Gasterosteus aculeatus Linnaeus, 1758

Nederlandse naam:
Driedoornige stekelbaars

Beschrijving:
Dit bijzondere visje heeft een lengte meestal niet meer dan 7 cm, hoewel 12 cm lange visjes gevonden zijn. De vrouwtjes worden groter dan de mannetjes. Langwerpig, met op de rug drie stekels, die eigenlijk de resten van de eerste rugvin vormen.

Kleur:
Zilverkleurig. In de paaitijd is het mannetje prachtig gekleurd met een roodoranje buik en borst en een blauwe rug, ogen en kop. Het vrouwtje krijgt vergelijkbare kleuren, maar minder fel.

Voedsel:
Kleine kreeftachtigen.

Voortplanting:
Het mannetje krijgt niet alleen prachtige kleuren, maar gaat ook een territorium verdedigen. Binnen dat territorium gaat hij op de bodem een nest bouwen van stukjes wier en dergelijke. Die onderdelen worden bij elkaar gehouden door een kleefstof die het visje produceert. Als je goed zoekt en zeker als je eenmaal weet waar je op moet letten, zijn die nestjes onder water in het voorjaar wel te vinden. Het mannetje lokt vervolgens het vrouwtje in het nest, of eigenlijk alleen maar er doorheen, waarbij hij met stoten tegen haar achterlijf duidelijk maakt, dat ze haar eitjes moet afzetten. Doet ze dat en legt dan 300 tot 1.000 eitjes in het nest, dan kruipt hij zelf door het nest en bevrucht daarbij de eitjes. Soms paart het mannetje op deze wijze met meerdere vrouwtjes. Het mannetje bewaakt en verzorgt de eitjes tot ze uitkomen - na 4 tot 27 dagen (eieren_s.tif). Vrouwtjes worden niet meer in de nabijheid van het nest geduld. Daarna bewaakt hij ook nog een tijd de jonge visjes, namelijk zolang die in de buurt van het nest blijven en dat is meestal ongeveer een week. Ze zijn geslachtsrijp na 1 jaar en worden maximaal drie jaar oud.

Leefgebied:
Gewoonlijk in grote scholen, behalve dus in de paaitijd. Het hele verhaal is wat ingewikkeld, omdat er zoetwatervormen zijn en zeewatervormen en beide in verband met de voortplanting heen en weer trekken tussen zoet en zout, of brak en zout water. Het komt er uiteindelijk op neer, dat je zowel in zoet als in zout water nesten kunt vinden.

Verspreiding:
Zeer algemeen op het noordelijk halfrond; behalve in zoet water ook langs de kusten van West-Europa van Nova Zembla tot Noord-Afrika, de westelijke Middellandse Zee, de Zwarte Zee, IJsland, Groenland, de oostkust van Noord-Amerika van de poolzee tot New Jersey, de westkust van Alaska tot Noord-Californië en in Azië van de Beringstraat tot Korea en rond Japan.

Opmerking:
In het Oostvoornse meer komt het driedoornige stekelbaarsje massaal voor. Hier zijn dan ook in het voorjaar veel gekleurde mannetjes met nestjes te vinden. Zelf vormen zij een belangrijke voedselbron voor lepelaars. Sinds de sluiting van het Brielse Gat en de vorming van het Oostvoornse meer, in 1966, is de lepelaarskolonie in de Oostvoornse duinen sterk gegroeid.

%LABEL% (%SOURCE%)