Dicentrarchus labrax

Dicentrarchus labrax (Linnaeus, 1758)

Nederlandse naam:
Zeebaars

Beschrijving:
Deze slanke, zilveren vis uit de grote familie der zeebaarzen (Percichthyidae) kan 1 meter lang worden. Maar meestal komen we ze tegen in afmetingen tussen 40 en 80 cm. In tegenstelling tot veel andere zeebaarssoorten zijn de twee rugvinnen duidelijk gescheiden; de voorste heeft 8 of 9 duidelijke stekels - zoals een baarsachtige betaamt. De staartvin is licht gevorkt. De kleur is weliswaar op het eerste gezicht zilverachtig, maar kijk je wat beter, dan zie je dat de rug grijzig is met een groene waas, de zijkanten echt zilverkleurig en de buik wit. Jonge dieren hebben soms zwarte spikkels.

Voedsel:
Vissen, inktvissen, kreeftachtigen, wormen. De zeebaars is een agressieve, snelle roofvis. Haring en andere scholenvissen maken een belangrijk deel van zijn voedsel uit. Zelf wordt hij overigens door mensen ook zeer gewaardeerd - vooral in zuidelijk Europa en het is dan ook een waardevolle consumptievis.

Voortplanting:
In West-Europese wateren van maart tot juni, soms tot augustus; zuidelijker, in het Middellandse Zee-gebied, paait hij van januari tot maart. De eieren zweven in het plankton en kunnen zo door de stroming over flinke afstanden verplaatst worden.

Leefgebied:
Van vlak bij de wateroppervlakte tot ca. 100 m diepte. Boven allerlei soorten bodems. De jonge dieren leven meestal in kleine scholen, dicht bij de kust en zelfs tot ver in riviermondingen. Deze vissen zijn erg plaatstrouw: ze blijven soms maanden achter elkaar in een zelfde klein gebied; ze hebben daar dan ook voedselterritoria. Als je dat eenmaal weet, is het als duiker niet moeilijk om deze dieren te zien te krijgen. Al staan ze bekend als schuw.

Verspreiding:
Van Zuid-Noorwegen via de Britse Eilanden tot West-Afrika, in de hele Middellandse Zee en de Zwarte Zee. De noordrand van hun verspreidingsgebied ligt ongeveer in de Noordzee. Daarom is deze soort in Nederland niet algemeen, hoewel hij in sommige jaren best veel gezien wordt in Zeeland.

Opmerking:
De iets kleinere (max. 70 cm) gevlekte zeebaars (Dicentrarchus punctatus ) wordt ook regelmatig in de Oosterschelde gezien, met name bij de pijlers van de Zeelandbrug. Deze soort heeft een duidelijke zwarte vlek op de kieuwdeksels en onregelmatig verdeelde zwarte stippen op het hele lichaam - vooral de volwassen dieren. Hij is dus goed te onderscheiden van D. labrax . Zijn verspreidingsgebied ligt nog iets zuidelijker dan dat van D. labrax .

%LABEL% (%SOURCE%)