Cystoclonium purpureum (Hudson) Batters
Beschrijving:
Deze soort wordt ca. 30 cm hoog. Hij heeft een of enkele hoofdassen. De stelen zijn rond, en er zitten grofweg afwisselend zijtakken aan. Stelen en zijtakken worden naar het eind toe steeds dunner, en aan het laatste deel zitten zeer veel kleine zijtakjes, steeds korter naarmate de top van de grotere tak dichterbij komt. Je krijgt daardoor een pluimachtig uiterlijk. Sommige takjes hebben een soort haakjes waarmee ze zich aan een ander voorwerp of een andere tak kunnen vastgrijpen. De stelen zijn eerst massief, maar worden later in het jaar hol; ze hebben dan nog wel in de lengterichting verlopende filamenten. Het wier zit aan de ondergrond vast met een hechtorgaan, dat bestaat uit een heleboel kleine 'worteltjes' (hapteren). De kleur is een beetje dof paarsrood, dat op plaatsen met veel licht groengeel kan worden.
Voortplanting:
De planten zijn éénjarig. Ze groeien in de lente en de zomer. In de nazomer zijn gezwollen voortplantingsorganen aan de planten te vinden.
Leefgebied:
Laag in het intergetijdengebied en in het sublittoraal. Op stenen, schelpen en grote wieren. Vaak samen met andere soorten, hier en daar in grotere hoeveelheden. Niet algemeen in Nederland, behalve plaatselijk.
Verspreiding:
Noordwest-Europa.