Crenilabrus melops

Crenilabrus melops (Linnaeus, 1758)

Nederlandse naam:
Zwartooglipvis

Beschrijving:
Deze lipvis, de meest voorkomende van zijn familie in de noordelijke wateren, wordt niet groter dan 25 cm; meestal ca. 15 cm lang. Fraai gekleurd, maar zeer variabel; zoals bij veel lipvissen zijn mannetjes en vrouwtjes verschillend gekleurd. Basiskleur van het mannetje blauwachtig groen tot roodbruin, iets donkerder naar de bovenkant toe; vaak zijn er vage dwarsbanden te zien; een niervormige donkere vlek achter de ogen (daar wijst de naam op) of over de kop tot onder de en een tweede bij de staartwortel - maar die kan op latere leeftijd vervagen, zeker als het dier donkerder gekleurd wordt. Veel groenblauw op de enkele rugvin, en prachtige blauwe tekening op de kop. De kleuren van het vrouwtje liggen meer in de geelbruine tinten. Lipvissen zwemmen normaal gesproken alleen met behulp van de borstvinnen, pas wanneer ze haast krijgen gebruiken ze de staartvin.

Voedsel:
Weekdieren en kreeftachtigen.

Voortplanting:
In het voorjaar en de zomer worden nesten (meestal meerdere per dier) van wieren gebouwd. Daarin worden de eieren gelegd. De dieren zijn paairijp na twee jaar, als ze zo'n 12 cm lang zijn.

Leefgebied:
Ondiep, tussen wieren en in zeegrasvelden. 's Winters in wat dieper water.

Verspreiding:
Van Noorwegen tot West-Afrika en de Azoren, en in de westelijke Middellandse Zee tot aan Italiƫ.

%LABEL% (%SOURCE%)