Cladophora albida (Huds.) Kützing
De soorten van het geslacht Cladophora zijn moeilijk van elkaar te onderscheiden. De indeling is dan ook reeds diverse malen herzien. De Groningse prof. dr Chris van den Hoek is één van de experts op dit gebied. Het probleem is dat de groeivorm sterk afhankelijk is van allerlei omgevingsfactoren. Zonder microscoop is het lastig om goede kenmerken ter onderscheiding te vinden. Op deze cd-rom geven wij de vier belangrijkste soorten.
Beschrijving:
Zoals bij alle Cladophora -soorten is het uiterlijk van C. albida nogal bossig, vrij donkergroen. Wekt soms de indruk van een massa door elkaar kronkelende min of meer losse, licht vertakte draden. Groei voornamelijk intercalair. Hoogte tot 50 cm. Vrij dunne hoofdassen en topcellen. Topcellen cilindrisch met afgeronde top. Meerjarig.
Leefgebied:
Komt vrij algemeen voor in zoute, maar ook in brakke wateren. Intergetijdengebied, poeltjes en ondiepe delen van het sublittoraal.
Verspreiding:
Van de Middellandse Zee tot aan de Noorse kust. Ook aan de Amerikaanse oostkust.