Calicella syringa (Linnaeus, 1767)
Nederlandse naam:
Kruipende klokpoliep
Beschrijving:
Deze soort is een kleine kolonievormende hydroïd. De kolonie bestaat uit kruipende uitlopers (hydrorhiza), waarvan zich de hydrotheca verheffen. De hydrotheca is ongeveer 3 tot 5 maal zo lang als breed en eindigt naar de basis in een kort gespiraliseerd steeltje. Aan de bovenzijde kan de hydrotheca worden afgesloten door een sluitapparaat, dat uit 10-12 driehoekige platen bestaat. Wanneer de theca sluit ontstaat een kegelvormig dakje. De maximale lengte van de hydrotheca is 0,65 mm. De gonotheca staan ook op een spiraalvormig steeltje. Deze zijn eivormig.
Leefgebied:
Vanaf het intergetijdengebied tot een diepte van 1500 m. Hij komt in hoofdzaak voor op andere hydroïden, maar is ook op stenen, schelpen, krabben en algen gevonden. In Nederland komt hij vooral voor op Tubularia indivisa , Halecium halecinum , Sertularia cupressina en Obelia dichotoma .
Verspreiding:
Komt over bijna de hele wereld voor (kosmopolitisch).